Onderwijs

Juist een sterke school neemt het eigen onderwijsaanbod regelmatig onder de loep. Dit jaar richt het Rhedens Rozendaal zich op het versterken van het gymnasium profiel en het onderwijs in de basisvaardigheden taal, rekenen, burgerschap en digitale geletterdheid.

Als adviseur help ik het Rhedens om te analyseren wat er goed gaat, waar versterking mogelijk is en hoe dit te realiseren.

Leraren bepalen de inhoud van hun vak. Zij beschrijven wat je allemaal moet kunnen om leraar te zijn. Dit wordt wettelijk vastgelegd in bekwaamheidseisen en wordt leidend voor opleiding en professionalisering van leraren. Op dit moment worden de bekwaamheidseisen herijkt om de beroepsgroep van leraren met vernieuwde wetgeving verder te versterken. 

Als projectleider ben ik verantwoordelijk voor de totstandkoming van de nieuwe bekwaamheidseisen en het advies aan de minister over hun werking in het onderwijsstelsel. 

Ook na de opleiding zouden leraren de kans moeten krijgen om zich verder te ontwikkelen in hun vak en hun positie te bevorderen. De NAPL heeft dit tot doel. Binnenkort gaat de inhoudelijk ontwikkeling van start: Hoe kan een ervaren leraar zich specialiseren? Wie zorgt voor een kwalitatief hoogstaand opleidingsaanbod? Wat betekent dit voor de positie van de leraar binnen de school?  

Als kwartiermaker ontwikkelde ik het plan dat beschrijft hoe we deze vragen gaan beantwoorden en tot staande praktijk gaan maken.  

Wat gaat er goed in het onderwijs, en wat niet? Met bakken aan informatie uit het toezicht, uit big data, uit onderzoek en praktijk worden de trends en ontwikkelingen in het onderwijs jaarlijks geduid in een veelomvattend rapport. De Staat van het Onderwijs helpt politiek en beleid om de juiste keuzes te maken voor het onderwijs en alle leerlingen en studenten.  

Als programmaleider Staat van het Onderwijs heb ik dit rapport 4 jaar lang met de meest deskundige inspecteurs, wetenschappers en onderwijsprofessionals mogen maken.  

De grote ramp in het onderwijs: het tekort aan leraren. In Amsterdam als eerste voelbaar, en daarom was dit de plek waar de aanpak lerarentekort ontstond.  

Als programmaleider lerarenbeleid hebben mijn team en ik de basis gelegd voor effectief lerarenbeleid op de korte en lange termijn. We hebben nieuwe samenwerkingen tot stand gebracht tussen gemeente, bestuurders en opleidingen. We hebben met innovatieve, grote en kleine lokale initiatieven gewerkt om tekorten terug te dringen en zijn daarmee een voorbeeld geworden voor het landelijke tekortbeleid van nu.  

Schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor de kwaliteit van het onderwijs op hun scholen. Daarom zou het toezicht van de Inspectie van het Onderwijs zich ook in eerste plaats op het bestuur moeten richten, en pas daarna op de school of instelling. 

Als adviseur toezicht heb ik gewerkt aan de ontwikkeling van dit nieuwe toezicht en me gebogen over strategische vraagstukken over de (beoogde) werking van het toezicht en over de praktische invulling van onderzoeks- en waarderingskaders van de onderwijsinspectie.  

Hoe het ooit begon: als trainee bij het ministerie van OCW. Eigenlijk als tweede keuze. Ik wilde voor de klas maar had (nog) geen bevoegdheid. Dus zou ik me op deze manier inzetten voor het onderwijs. Twee jaar lang mocht ik meekijken met onderwijsbeleid op de verschillende directies van OCW en in bij de Europese Commissie in Brussel. De basis voor mijn verdere loopbaan was gelegd.